Zo’n 350 keer per jaar komt het voor in de regio Apeldoorn: een kwetsbare oudere met een acuut zorgprobleem. Vaak start dan een grote, arbeidsintensieve zoektocht. Huisarts, verpleeghuis, thuiszorg, ziekenhuis: iedereen werkt zich een slag in de rondte om de oudere op de juiste plek te krijgen. Ingewikkeld, want er spelen vaak meerdere problemen, dus wat is de juiste plek? Sinds juni brengt het Crisiscoördinatiepunt Apeldoorn (CCPA) rust en overzicht voor verwijzers en patiënten.

In het juiste bed met de juiste zorg

Het CCPA geeft inzicht in de beschikbare plekken in de regio en coördineert de crisisopnames. Projectleider Leslie Kroes: “Hiermee nemen we gezamenlijk verantwoordelijkheid om de zorg voor kwetsbare ouderen te regelen. De triagist en huisarts of arts van de Spoedeisende Hulp besluiten samen welke zorg passend is. Wanneer een mevrouw met dementie bijvoorbeeld tijdelijk geen hulp kan krijgen van haar man, tevens mantelzorger. Door de komst van het CCPA komt zij in het juiste bed met de juiste zorg.”

Handen in het haar

Triagisten van Gelre ziekenhuizen, Atlant en Zorggroep Apeldoorn bemiddelen nu de zorgvragen rondom eerstelijns verblijf, Geriatrische Revalidatiezorg en de Wet Langdurige Zorg. Een positieve verandering volgens Kaderhuisarts Ouderengeneeskunde Sita Faber: “Ik weet hoe een crisisplaatsing op een werkdag kan drukken. Als het ene verzorgingstehuis geen plek meer had, kon ik direct de volgende bellen. Nu neemt de triagist dit over.” Dankzij het CCPA doorloopt Sita een patiëntcasus nu samen met een triagist, die meedenkt mee en kritische vragen stelt.

Eén overzichtelijk punt voor alle crisisplekken

Alle zorginstellingen die aangesloten zijn bij het crisispunt moeten invullen hoeveel plekken zij beschikbaar hebben. Op basis hiervan kan een triagist, huisarts of arts van de Spoedeisende Hulp gemakkelijk zien waar nog plek is. Een mooi verbeterpunt volgens de teamleider van het transferbureau Ad van Duursen: “Hier was eerst weinig commitment voor maar door dit samenwerkingsverband wordt ook de beschikbaarheid van crisisplekken beter aangegeven in de regio. Het één versterkt het ander.”